Mobiele telefonie en de ontwikkeling van honingbijen
Veel volken van de honingbij overleven tegenwoordig de winter niet. Allerlei mogelijke oorzaken passeren de revue, waaronder de straling van het mobiele telefonie netwerk. Daar is weinig onder- zoek aan gedaan, maar het is bekend dat bijen magnetische en elektromagnetische velden kunnen detecteren en er op kunnen reageren. Het kan dus niet op voorhand worden uitgesloten dat bijen erdoor beïnvloed worden. Doelstelling van het onderzoek is om een relatie te kunnen leggen tussen aan de ene kant de dosis EMV die bijen in hun larvale en pupale stadium ondergaan en aan de andere kant hun ont- wikkeling en enkele kenmerken in hun volwassen leven (levensduur, vliegprestaties en morfolo- gische en fysiologische kenmerken). Ook wordt de ontwikkeling van het bijenvolk door het jaar heen (die een resultante is van de larvale, de pupale en de volwassen ontwikkeling) gemonitord.
Main Authors: | , , , , , |
---|---|
Format: | External research report biblioteca |
Language: | Dutch |
Published: |
Wetenschapswinkel Wageningen
|
Subjects: | animal behaviour, causes of death, electromagnetic radiation, honey bee colonies, honey bees, life cycle, mobile units, monitoring, navigation, telephones, diergedrag, doodsoorzaken, elektromagnetische straling, honingbijen, honingbijkolonies, levenscyclus, mobiele apparaten, navigatie, telefoons, |
Online Access: | https://research.wur.nl/en/publications/mobiele-telefonie-en-de-ontwikkeling-van-honingbijen |
Tags: |
Add Tag
No Tags, Be the first to tag this record!
|
Summary: | Veel volken van de honingbij overleven tegenwoordig de winter niet. Allerlei mogelijke oorzaken passeren de revue, waaronder de straling van het mobiele telefonie netwerk. Daar is weinig onder- zoek aan gedaan, maar het is bekend dat bijen magnetische en elektromagnetische velden kunnen detecteren en er op kunnen reageren. Het kan dus niet op voorhand worden uitgesloten dat bijen erdoor beïnvloed worden. Doelstelling van het onderzoek is om een relatie te kunnen leggen tussen aan de ene kant de dosis EMV die bijen in hun larvale en pupale stadium ondergaan en aan de andere kant hun ont- wikkeling en enkele kenmerken in hun volwassen leven (levensduur, vliegprestaties en morfolo- gische en fysiologische kenmerken). Ook wordt de ontwikkeling van het bijenvolk door het jaar heen (die een resultante is van de larvale, de pupale en de volwassen ontwikkeling) gemonitord. |
---|