Combinatie van vaarrecreatie en beek gebonden natuur in Noord-Brabant : kennis over ecologische effecten van kano’s en fluisterboten, kwetsbaarheid van flora en fauna en handelingsperspectieven voor beheerder en gebruiker
De provincie Noord-Brabant en de Brabantse Waterschappen werken aan het realiseren van de doelstellingen voor de Europese Kaderrichtlijn Water en Natura 2000. Voor de bevaarbare R5 en R6 beeksystemen kan dit proces worden gefrustreerd door de ontwikkelingen in de vaarrecreatie, vooral kano’s en fluisterboten. Voor de vergunningverlening en beheerplanprocedure bestaat behoefte aan kennis over de ecologische effecten hiervan op beeksystemen. Vooral bepaalde soorten broedvogels en massaal uitsluipende libellenlarven blijken relatief kwetsbaar voor vaarrecreatie. Zowel de beheerder als de gebruiker hebben verschillende handelingsperspectieven om ongewenste effecten te minimaliseren. Maximalisatie van het herstel van de beeksystemen tot de R5 en R6 referentiebeelden blijft uiteindelijk het beste handelingsperspectief om de doelstellingen voor recreatie en natuur te waarborgen.
Main Authors: | , |
---|---|
Format: | External research report biblioteca |
Language: | Dutch |
Published: |
Alterra
|
Subjects: | adverse effects, aquatic ecology, breeding birds, ecological restoration, natura 2000, noord-brabant, streams, water framework directive, water recreation, aquatische ecologie, broedvogels, ecologisch herstel, kaderrichtlijn water, nadelige gevolgen, waterlopen, waterrecreatie, |
Online Access: | https://research.wur.nl/en/publications/combinatie-van-vaarrecreatie-en-beek-gebonden-natuur-in-noord-bra |
Tags: |
Add Tag
No Tags, Be the first to tag this record!
|
Summary: | De provincie Noord-Brabant en de Brabantse Waterschappen werken aan het realiseren van de doelstellingen voor de Europese Kaderrichtlijn Water en Natura 2000. Voor de bevaarbare R5 en R6 beeksystemen kan dit proces worden gefrustreerd door de ontwikkelingen in de vaarrecreatie, vooral kano’s en fluisterboten. Voor de vergunningverlening en beheerplanprocedure bestaat behoefte aan kennis over de ecologische effecten hiervan op beeksystemen. Vooral bepaalde soorten broedvogels en massaal uitsluipende libellenlarven blijken relatief kwetsbaar voor vaarrecreatie. Zowel de beheerder als de gebruiker hebben verschillende handelingsperspectieven om ongewenste effecten te minimaliseren. Maximalisatie van het herstel van de beeksystemen tot de R5 en R6 referentiebeelden blijft uiteindelijk het beste handelingsperspectief om de doelstellingen voor recreatie en natuur te waarborgen. |
---|