Beheersovereenkomsten op grasland van melkveebedrijven - Economie en gevolgen voor de P-huishouding
De laatste vijftig jaar is er sprake van een achteruitgang van floristische, faunistische en landschappelijke waarden in Nederland. Agrarische activiteiten zijn daar in sterke mate debet aan. Om de meest waardevolle en kwetsbare delen van het cultuurlandschap te beschermen, zijn in de "Nota betreffende de relatie landbouw en natuur- en landschapsbehoud" (Relatienota, 1975) twee instrumenten aangereikt. Deze betreffen het werven van gronden voor reservaatsvorming en het sluiten van beheersovereenkomsten voor landbouwgronden. De mate waarin deze beheersovereenkomsten inpasbaar zijn, is evenwel aan grenzen gebonden. Over de inpasbaarheid was echter nog onvoldoende bekend. LBL betaalt een zogenoemde beheersvergoeding. Deze vergoeding is in het verleden vastgesteld door de opbrengstderving per hectare in guldens om te rekenen (DBL, 1992). Tot nog toe is deze vergoeding nog niet in bedrijfsverband geevalueerd. Verder hebben beheersovereenkomsten gevolgen voor bemesting en voeding. Vooral fosfor is hierbij een punt van aandacht. De problematiek van kwantificering van inpasbaarheid, bedrijfseconomische evaluatie en de gevolgen voor de P-huishouding zijn aanleiding geweest tot onderzoek door het Proefstation voor de Rundveehouderij, Schapenhouderij en Paardenhouderij (PR). De studie is gesplitst in twee delen, namelijk de inpasbaarheid enerzijds en de gevolgen voor economie en de P-huishouding anderzijds. Het vaststellen van de inpasbaarheid op beweidingstechnische en voedertechnische gronden, is beschreven door Vellinga en Verburg (PR-rapport 158). Dit rapport (PR-rapport 159) beschrijft de bedrijfseconomische gevolgen van beheersovereenkomsten op grasland en de gevolgen voor de P-huishouding. Voedervoorziening De beheersovereenkomsten met sterke beperkingen van de voorjaarswerkzaamheden en het uitstellen van de eerste maaisnede tot in juni (het zogenaamd zwaar beheer)
Main Authors: | , , |
---|---|
Format: | External research report biblioteca |
Language: | Dutch |
Published: |
Proefstation voor de Rundveehouderij, Schapenhouderij enPaardenhouderij
|
Subjects: | agreements, agricultural soils, fauna, landscape conservation, livestock farming, nature conservation, landbouwgronden, landschapsbescherming, natuurbescherming, overeenkomsten, veehouderij, |
Online Access: | https://research.wur.nl/en/publications/beheersovereenkomsten-op-grasland-van-melkveebedrijven-economie-e |
Tags: |
Add Tag
No Tags, Be the first to tag this record!
|
Summary: | De laatste vijftig jaar is er sprake van een achteruitgang van floristische, faunistische en landschappelijke waarden in Nederland. Agrarische activiteiten zijn daar in sterke mate debet aan. Om de meest waardevolle en kwetsbare delen van het cultuurlandschap te beschermen, zijn in de "Nota betreffende de relatie landbouw en natuur- en landschapsbehoud" (Relatienota, 1975) twee instrumenten aangereikt. Deze betreffen het werven van gronden voor reservaatsvorming en het sluiten van beheersovereenkomsten voor landbouwgronden. De mate waarin deze beheersovereenkomsten inpasbaar zijn, is evenwel aan grenzen gebonden. Over de inpasbaarheid was echter nog onvoldoende bekend. LBL betaalt een zogenoemde beheersvergoeding. Deze vergoeding is in het verleden vastgesteld door de opbrengstderving per hectare in guldens om te rekenen (DBL, 1992). Tot nog toe is deze vergoeding nog niet in bedrijfsverband geevalueerd. Verder hebben beheersovereenkomsten gevolgen voor bemesting en voeding. Vooral fosfor is hierbij een punt van aandacht. De problematiek van kwantificering van inpasbaarheid, bedrijfseconomische evaluatie en de gevolgen voor de P-huishouding zijn aanleiding geweest tot onderzoek door het Proefstation voor de Rundveehouderij, Schapenhouderij en Paardenhouderij (PR). De studie is gesplitst in twee delen, namelijk de inpasbaarheid enerzijds en de gevolgen voor economie en de P-huishouding anderzijds. Het vaststellen van de inpasbaarheid op beweidingstechnische en voedertechnische gronden, is beschreven door Vellinga en Verburg (PR-rapport 158). Dit rapport (PR-rapport 159) beschrijft de bedrijfseconomische gevolgen van beheersovereenkomsten op grasland en de gevolgen voor de P-huishouding. Voedervoorziening De beheersovereenkomsten met sterke beperkingen van de voorjaarswerkzaamheden en het uitstellen van de eerste maaisnede tot in juni (het zogenaamd zwaar beheer) |
---|