Beoordeling van het gedrag van bestrijdingsmiddelen in de verzadigde zone van de bodem

In het MeerJarenPlan-Gewasbescherming van 1991 is de mogelijkheid gegeven om door middel van onderzoek in de verzadigde fase van de bodem aan te tonen dat bestrijdingsmiddelen, die kunnen uitspoelen naar de verzadigde zone, alsnog voor toelating in aanmerking kunnen komen als de omzettingssnelheid voor het middel en sommige omzettingsproducten in deze zone tot een diepte van 10 m beneden maaiveld voldoende hoog is. Dit rapport geeft een methodiek die vooralsnog kan worden toegepast om te bepalen of de omzettingssnelheid voldoende hoog is. Deze methodiek is opgenomen in het Besluit Milieutoelatingseisen Bestrijdingsmiddelen op basis van de Bestrijdingsmiddelenwet van 1962. Daarnaast geeft dit rapport nadere randvoorwaarden waaraan onderzoek naar het gedrag van middelen in de verzadigde zone moet voldoen om tot een accurate beoordeling te komen. Aan de in het MJP-G opgegeven, minimale reistijd van 4 jaar tot 10 m beneden maaiveld wordt in de praktijk bijna altijd voldaan; een uitzondering geldt voor het bovenste grondwater in de directe omgeving van een puttenveld van een waterwinning en voor enkele zandgebieden welke geen agrarisch gebruik kennen. De kennis van het gedrag van bestrijdingsmiddelen en omzettingsproducten in de verzadigde zone is op dit moment nog onvoldoende. De beschreven methodiek lijkt de best haalbare. Uitbreiding van kennis kan ertoe leiden dat de methodiek in de toekomst moet worden aangepast.

Saved in:
Bibliographic Details
Main Authors: van der Linden, A.M.A., van Beek, C.G.E.M., Boesten, J.J.T.I., Leistra, M., Meinardi, C.R., Puijker, L.M.
Format: External research report biblioteca
Language:und
Published: RIVM
Subjects:Life Science,
Online Access:https://research.wur.nl/en/publications/beoordeling-van-het-gedrag-van-bestrijdingsmiddelen-in-de-verzadi
Tags: Add Tag
No Tags, Be the first to tag this record!
Description
Summary:In het MeerJarenPlan-Gewasbescherming van 1991 is de mogelijkheid gegeven om door middel van onderzoek in de verzadigde fase van de bodem aan te tonen dat bestrijdingsmiddelen, die kunnen uitspoelen naar de verzadigde zone, alsnog voor toelating in aanmerking kunnen komen als de omzettingssnelheid voor het middel en sommige omzettingsproducten in deze zone tot een diepte van 10 m beneden maaiveld voldoende hoog is. Dit rapport geeft een methodiek die vooralsnog kan worden toegepast om te bepalen of de omzettingssnelheid voldoende hoog is. Deze methodiek is opgenomen in het Besluit Milieutoelatingseisen Bestrijdingsmiddelen op basis van de Bestrijdingsmiddelenwet van 1962. Daarnaast geeft dit rapport nadere randvoorwaarden waaraan onderzoek naar het gedrag van middelen in de verzadigde zone moet voldoen om tot een accurate beoordeling te komen. Aan de in het MJP-G opgegeven, minimale reistijd van 4 jaar tot 10 m beneden maaiveld wordt in de praktijk bijna altijd voldaan; een uitzondering geldt voor het bovenste grondwater in de directe omgeving van een puttenveld van een waterwinning en voor enkele zandgebieden welke geen agrarisch gebruik kennen. De kennis van het gedrag van bestrijdingsmiddelen en omzettingsproducten in de verzadigde zone is op dit moment nog onvoldoende. De beschreven methodiek lijkt de best haalbare. Uitbreiding van kennis kan ertoe leiden dat de methodiek in de toekomst moet worden aangepast.